Bouw je eigen bijenhotel, insectenhotel of nestkastje voor bijen

Terug naar top pagina
Wilde bijen nestelen niet alleen in de openbare ruimte. Ze kunnen ook nestelen in particuliere tuinen  in de bodem, in gaatjes en spleten van muren, in gaten van hout (bijv. schuren), rietmatten en schroefgaten van tuinmeubelen.
Andersom kan het ook voorkomen, dat bijen in de openbare ruimte nestelen, maar in tuinen foerageren. In die gevallen vullen particuliere tuinen en de openbare ruimte elkaar aan. Dat zien we trouwens ook bij de andere diergroepen. Die trekken zich van het onderscheid tussen privéterrein en publieke ruimte  niets aan. Bij de meeste wilde bijen is het alleen van belang dat nestgelegenheid en voedingsbron niet te ver van elkaar liggen.
De laatste jaren wordt er steeds meer kunstmatige nestgelegenheid aangebracht: nestkastjes met rietstengels, bosjes bamboestokjes en houtblokken met geboorde gaten van verschillende doorsnede. Deze kunnen worden verenigd tot complete bijenhotels. Op plekken waar andere nestgelegenheid ontbreekt, is dat een goed alternatief.
Bijenhotels kunnen in vrijwel alle situaties worden geplaatst, maar wel onder de strikte voorwaarde dat er stuifmeel en nectarplanten in de naaste omgeving aanwezig zijn zeker binnen een straal van 50 m. en liefst van eind maart tot half september. In tuinen kan of moet men plantensoorten aanplanten of uitzaaien. In grote tuinen, andere grote terreinen, de openbare groene ruimte en in het buitengebied (hier in de eerste plaats) moet de vegetatie ecologisch worden beheerd.
 
Elementen van bijenhotels en insectenhotels -------------- Foto's van bouwelementen voor bijenhotels
Voor het maken van nestgelegenheid is een bouwtekening niet noodzakelijk, maar soms wel handig (zie onder aan pag.). In de praktijk worden verschillende elementen op elkaar gestapeld; vaak binnen een raamwerk van planken, balken en andere ondersteunende elementen. De basiselementen van een bijen-insectenhotel bestaan uit: afgestorven holle stengels, dood hout met oude kevergangen of met geboorde gangen (gaten) en elementen die met leem of niet te zware klei worden opgevuld.
Verzamel holle, afgestorven stengels van onder meer riet, braam, vlier of bamboe. lengte 15 tot 30 cm; doorsnee openingen 3-10 (12) mm; horizontaal plaatsen. De stengels moeten achterin een knoop bevatten! Bundel deze in bosje of stop ze in een cylinder van steen, kunststof of een conserveblikje, een houten kistje of een houten frame/omlijsting. Bamboestengens kunnen bijvoorbeeld ook in voorgeboorde gaten van een kistje of een houtblok worden gestoken. Zoals op de foto rechts.
Veel insecten waaronder wilde bijen leven in oude kevergaten van doodhout onder meer in afrasteringspaaltjes. In tuinen en op ander plekken ontbreekt dat heel vaak. Deze nestgelegenheid kan kunstmatig worden aangebracht door gaten in houtblokken of dood hout te boren; vorm en grootte zijn niet van belang. Er kan ook gewoon een paal in de grond worden geslagen. De nestgangen zijn 3-10 (12) mm in doorsnee en 5 tot 15 (20) cm diep. Bij het boren zo min mogelijk rafels langs de randen van de boorgaten maken. Deze eventueel met een opgerold schuurpapiertje wegschuren. Op de zelfde wijze kunnen er ook gaten in stenen een steenachtig materiaal worden geboord, maar geen gasbetonblokken. Zowel in hout als in steen moeten de nestgangen aan de achterkant gesloten zijn, dus niet te diep boren!
Oude groentenkisten, plantenbakken of andere elementen met niet te zware klei of leem. Op bouwmarkten zijn verschillende betonelementen te koop die gemakkelijk kunnen worden gestapeld.
 

vb. bijenhotel